
Gedeputeerde voor de provincie Oost-Vlaanderen

Deel van archeologische site gaat weer onder de aarde: “Jammer misschien, maar nodig om restanten te bewaren”
Op een deel van de ruïnemuren van de 11de-eeuwse Sint-Salvatorabdij in de Oudenaardse deelgemeente Ename wordt momenteel een laag aarde gestort. "Het gaat om de meest fragiele stukken langs de Schelde, die we op deze manier willen beschermen tegen de weerselementen, plantengroei en vandalisme", zegt gedeputeerde voor Erfgoed David Coppens (N-VA).
Nieuwsblad - Ename - Paul Darragas
Begin mei begon de heraanleg van het Archeopark aan de Lotharingenstraat in Ename, de archeologische openluchtsite die de restanten van de 11de-eeuwse Sint-Salvatorabdij bevat. Na vele jaren in weer en wind zijn de archeologische resten aan versteviging toe. Maar sommige ruïnemuren zijn ook beschadigd door vandalisme. De provincie Oost-Vlaanderen heeft voor de eerste fase van dit project een budget van 800.000 euro vrijgemaakt.
Opmerkelijk is dat momenteel een deel van de archeologische muurresten weer onder de grond gaat. “In overleg hebben we gekozen voor het toepassen van soft capping”, zegt gedeputeerde voor Erfgoed David Coppens. “Dat is een conserveringstechniek waarbij de muren worden afgedekt met een laag aarde en vervolgens worden beplant. Het gaat om de meest fragiele muurresten langs de Schelde. Dat is misschien jammer, maar het is nodig om de restanten te kunnen bewaren.”
Duidelijker voetpaden
“De volledige site is heel goed beschreven en we weten perfect wat waar precies onder de grond zit”, zegt Coppens. “De contouren van de muren zullen we via betonnen elementen zichtbaar maken. Voorts maken we de site beter toegankelijk. Nu is het voor de bezoekers niet heel duidelijk waar ze mogen stappen. Daarom komen er duidelijker voetpaden, met ook rust- en picknickplaatsen.”
Vandalisme
“Ten slotte is ook vandalisme een aandachtspunt”, zegt de gedeputeerde. “De site ligt in natuurgebied en mag niet verlicht worden. Dat nodigt uit tot kwajongensstreken, zoals fietsen op de muurtjes. Om dat probleem in de gaten te houden zijn intussen camera’s geplaatst.”
